WES en Voka West-Vlaanderen kaarten uitdagingen interregionale samenwerking aan

In samenwerking met Voka – Kamer van Koophandel West-Vlaanderen – voerde WES een onderzoek uit omtrent grensarbeid en grensoverschrijdende tewerkstelling binnen de West-Vlaamse bedrijven. De conclusies die uit het onderzoek voortvloeien, kaarten nogmaals de pijnpunten aan waar Voka West-Vlaanderen reeds jaren op hamert:

  1. Bevorder het gebruik van IBO-T (Individuele beroepsopleiding met taalcoaching). Taal moet aanzien worden als een competentie, niet als een voorwaarde;
  2. Zet in op structurele, ingebedde samenwerkingsverbanden over de grenzen heen, los van subsidieprojecten;
  3. Zet in op een centraal aanspreekpunt voor interregionale mobiliteit;
  4. Zoek naar slimme oplossingen om administratieve procesflows tussen de verschillende publieke instanties te reduceren;
  5. Zoek naar grensoverschrijdende mobiliteitsoplossingen.

Uit de bevraging blijkt dat de bedrijven uit de agrovoedingsindustrie, de industrie van textiel/nieuwe materialen en de sector duurzaam bouwen het meest beroep doen op Franstalige werkzoekenden. Maar liefst 40% van de ondervraagde bedrijven geeft aan dat binnen de arbeiderspopulatie meer dan 10% Franstalig is, bij sommige bedrijven (10% van de ondervraagden) loopt dit op tot meer dan 50%.

3 op de 4 bedrijven geeft aan dat ze Franstalige werkzoekenden werven via een interimkantoor. Ook mond-aan-mondreclame en de diensten van Pôle Emploi doen het goed bij het vinden van Franstalige werkzoekenden. Opvallende afwezige is de VDAB in dit verhaal. Zij worden zelden aanzien als aanspreekpunt voor het werven van Franstalige werkzoekenden. Bedrijven zijn zich niet bewust van de toegevoegde waarde die de VDAB op dit vlak kan bieden. Voor de VDAB ligt hier een mooie opportuniteit weggelegd, want bedrijven die voor interregionale mobiliteit met de VDAB samenwerken, geven aan hier zeer tevreden over te zijn.

Voor 1 op de 4 bedrijven is en blijft taal een issue bij het werven van Franstalige werkzoekenden. Deze bedrijven nemen veelal zelf het initiatief door in te zetten op taalopleidingen op de werkvloer. Op die manier willen bedrijven een minimale basiskennis van het Nederlands verzekeren, alhoewel de communicatie op de werkvloer zowel in het Nederlands als in het Frans gebeurt. Hierbij doen bedrijven slechts zelden beroep op IBO-T (Individuele beroepsopleiding met taalcoaching). In 2018 werden 54 IBO-T-opdrachten uitgevoerd. Voor 2019 staat de teller nog maar op 29. Het is duidelijk dat het gebruik van IBO-T meer gepromoot moet worden.

“Er liggen nog heel wat uitdagingen op de plank ter bevordering van de interregionale samenwerking. De kennis van de arbeidsmarkt én de opleidingsmarkt, langs beide zijden van de landsgrens moet omhoog. Het bevorderen van de interregionale mobiliteit wordt reeds jaren gesubsidieerd. Voka West-Vlaanderen roept de verschillende publieke instanties op om werk te maken van een ingebedde samenwerking, los van subsidies. Een grensoverschrijdend centraal aanspreekpunt, volgens het principe van one-stop-shop, kan hier een mogelijkheid zijn.”, aldus Bert Mons, algemeen directeur Voka West-Vlaanderen.

“Ook op vlak van mobiliteit zijn er nog steeds uitdagingen: een betere afstemming tussen de vervoersregio’s, maar ook een betere bereikbaarheid van de Vlaamse industrieterreinen op vlak van openbaar vervoer zijn een oud zeer die ook de bevordering van interregionale arbeidsmobiliteit niet in de hand werkt.”, vult Sigrid Defurne, consultant bij WES, nog aan. Wat interregionale mobiliteit bij de Franstalige werkzoekenden betreft, blijft carpoolen met stip op nummer 1 staan.

Wenst u antwoorden te verkrijgen op uw socio-economische of andere vragen? WES helpt u bij de opzet van uw onderzoek. Contacteer ons voor meer informatie via onderstaand formulier.

[contact-form-7 id=”3191″ title=”Contact onderaan nieuwsbericht”]


Similar Posts